Maar Google gaat nu ver om de uitgevers tegemoet te komen, anders dan Apple dat een bewonderenswaardige terughoudendheid aan de dag legt. Het gaat niet alleen om de centen. Volgens het stuk in de WSJ neemt Google genoegen met minder dan de 30 procent van de omzet die Apple in de regel vraagt aan de uitgevers. Dat is natuurlijk prima – de vrije markt op zijn best. Maar in de verdienmodellen van de uitgevers worden de neveninkomsten steeds belangrijker. Dat wil zeggen: het gaat ze niet alleen om de directe inkomsten die zijn te behalen door een abonnement te verkopen, maar ook om de gegevens die de klant tijdens zijn transactie met de uitgever over zichzelf nalaat. Het is commercieel relevante informatie dat onder de abonnees 35-jarige jonge moeders oververtegenwoordigd zijn.

Apple stelt zich tot nog toe terughoudend op en wil die informatie niet delen met de uitgevers. Apple kiest voor het opt-in systeem: je geeft je informatie niet vrij, tenzij je er apart toestemming voor geeft. De uitgevers vragen om het opt-out systeem: informatie wordt standaard vrijgegeven, tenzij je de toestemming expliciet onthoudt. En Google lijkt daarmee nu te willen instemmen. Jammer!

Ondertussen lijkt het erop dat de uitgevers nog niet willen begrijpen dat de tijden veranderd zijn. Consumenten vragen om transparantie en hebben er doorgaans een hekel aan te moeten ontdekken dat uitgevers langs slinkse wegen hun privé-gegevens voor andere doeleinden aanwenden. De uitgevers bedrijven oud marketingbeleid. Dom.

www.raker.nl